woensdag 30 september 2009

Vo 1e stage dag

De dag begon al vroeg en dat deed me weer even denken aan het werken op de basisschool.
Wivineke en ik spraken af op het station, waar we ons vervolgens letterlijk aan elkaar vastklampte in de bus. Dit was vanwege de zenuwen en van de halsbrekende toeren van de chauffeur. Toch maakte we nog een leuk praatje en even maakte ik de overweging om buschauffeuse te worden, maar als snel naderde het Oosterlicht college en moesten we dan echt uitstappen om te beginnen aan een groot avontuur!

Aangekomen in de school gingen we op zoek naar lokaal 106. Dit bleek op de eerste etage te zijn. De inrichting van de school deed me even denken aan een high school in Amerika met allemaal blije gekleurde kluisjes en vooral heel groot. En die vreemde grote beer niet te vergeten!
Na enige tijd stonden we voor het muzieklokaal, waar Gwen op dat moment aan het lesgeven was aan een vmbo 1 klas. De sfeer was ontspannen en gezellig.
Ze gaf een klassikale instructie over een speelstuk. De vragen die ze stelde gingen voor sommige leerlingen veel te snel. Hierdoor was het af en toe wat rumoerig. Uiteindelijk gingen ze in tweetallen aan de slag op keyboards en was ik redelijk verbaasd dat iedereen aan het einde iets kon spelen.

De tweede les gaf Gwen onverwachts les, door wat uren die waren uitgevallen, aan haar eigen mentor klas. Een redelijk drukke groep gaf ze van tevoren aan. In de les stond een ritme oefening centraal, hier hadden ze al een hele les aan gewertkt. Vandaag moesten de leerlingen verschillende ritmes in tweetallen uitvoeren voor een cijfer. In de les gaf ze nog de mogelijkheid om te oefenen. Tijdens het beoordelen merkte ze dat meer dan de helft van de groep er een potje van maakte, omdat ze het nog best moeilijk en spannend vonden. Ze stelde haar plan bij en liet uiteindelijk de leerlingen nog even oefenen. De leerlingen die er dan zeker van waren mochten het deze les doen voor een cijfer, de rest mocht het volgende week doen. Uiteindelijk heeft iedereen de opdracht uitgevoerd en met een voldoende afgesloten! Helaas was er geen tijd meer over om nog te zingen, dit vond de klas toch wel erg jammer!

De derde les gaf ze aan een vmbo 2 klas. Dit was een moeilijke groep en gwen zag er zelf al tegen op om deze groep les te geven. Mijn oren stonden er soms van te klapperen als ik hoorde hoe de leerlingen met haar en met de rest omgingen. De groep ging een speelstuk oefenen achter het keyboard, dit deden ze individueel. Uiteindelijk kon iedereen aan het einde wat laten horen. Toch gaat het grote gedeelte van de les verloren aan praten en waarschuwingen. In de les dreigt Gwen regelmatig met straffen, maar komt ze vaak niet na. Toch speelt ze op de groep in en heeft ze wel de aandacht van de leerlingen. Ik vraag me af hoe dit straks bij mij zou gaan....

Ik vond het een erg leuke dag! Ik heb veel zin in deze stage. het lijkt me echt een uitdaging om met deze kinderen toch uiteindelijk iets te bereiken. Ik vond ook de omgang met Gwen heel plezierig. Ze laat zelf ook doorschemeren dat ze sommige dingen nog best moeilijk vindt, dat stelt mij dan gerust dat het niet allemaal in 1 keer perfect hoeft te zijn!

zaterdag 5 september 2009

Credo

Het doel of het middel?
Natuurlijk is het bij het vak muziek net zo belangrijk als alle andere vakken op de middelbare school dat er een aantal doelstellingen behaald moeten worden. Toch vind ik het belangrijk dat naast die doelen, muziek ook als middel voor de algemene ontwikkeling van de leerling wordt gebruikt. Niet alle vakken lenen zich hiervoor en bij muziek kan dit ook, dus waarom het dan niet tegelijkertijd benutten?

Als ik terug kijk op de eerste drie jaar van mijn middelbare school periode, was muziek niet het vak dat ik het leukste vond. Misschien was ik er in vergelijking met alle andere vakken wel het beste in, maar die veiligheid om het te durven heb ik daar nooit gevoeld.
Eens in de zoveel tijd werd er getoetst hoe goed je kon zingen. Mijn cijfer was een vijf. Ik vond het verschrikkelijk, want natuurlijk kon ik heus wel zingen, maar ik durfde geen toon te houden, omdat het niet klonk met al dat gebrom om me heen. Dit is ook werkelijk het enige wat ik heb onthouden aan muziek op de middelbare school. Het zou mij aan mijn hart gaan als docent als mijn doel was dat de leerling moet kunnen zingen en ik dit bereik bij iemand.

Daarom vind ik het op de eerste plaats belangrijk dat leerlingen zich op hun gemak kunnen voelen. Niets is zo erg om een leerling iets te laten doen waar hij of zij nog niet genoeg op vertrouwd.

Met dit zeker in mijn achterhoofd ben ik zoek gegaan naar mijn visie over drie jaar lang muziekonderwijs. Ik vond het best moeilijk en zal er ook zeker niet 1,2,3 tevreden over zijn, maar het is een begin, waar nog lang aan gesleuteld kan worden.

Ik wil na drie jaar bereiken dat een leerling kan zingen, samen kan spelen en de emotionele verbinding met muziek kan en durft te ervaren. Ik heb mezelf constant de vraag gesteld waarom en wat? Later zou ik er nog een ‘hoe’ aan toe willen voegen.

“ Een 15 jarige leerling die 3 jaar les heeft gehad kan emotionele verbindingen leggen “

Waarom?
Ik vind dat je een leerling de mogelijkheid moet kunnen geven om te ontdekken waar de leerling voor staat. Je passie kunnen ontdekken en ontdekken wat je echt wilt. Waar liggen je talenten en hoe ga je die zo goed mogelijk benutten. Leerlingen laten ervaren wat muziek met je kan doen. Succes momenten kunnen ervaren en hier zelfvertrouwen uit kunnen putten.

Wat moet de leerling daarvoor kunnen?
Een leerling moet emoties kunnen herkennen en benoemen.
Gevoelens onder woorden kunnen brengen. Muziek kunnen ervaren en beleven. Wat doet muziek met je?Inlevingsvermogen hebben in anderen.
Bijvoorbeeld in componisten, wat werd er bedoeld met een bepaald stuk? Is hoeverre is dit herkenbaar. Muziek kunnen beluisteren en hierover kunnen praten.

“ Een 15 jarige leerling die 3 jaar les heeft gehad moet een zanger zijn “

Waarom?
Iedereen kan er aan deelnemen en kan hiermee de kans krijgen om het te ontwikkelen.
Het kan altijd, dus heb je een lokaal met weinig mogelijkheden op instrumentaal gebied dan is zingen altijd de mogelijkheid.
Zingen is een goede uitingsvorm voor emotionele verbindingen. Het kan bevorderlijk zijn voor de sfeer binnen een groep. En dit kan bijdragen aan een positieve omgang met elkaar.
Ondanks dat zingen gezellig kan zijn moet er wel aandacht zijn voor de kwaliteit anders heeft het weinig zin.

Wat moet de leerling daarvoor kunnen?
Klanken herkennen, verschil tussen klanken kunnen horen, kunnen horen of je op de juiste toon zit àverschil tussen vals en op toon kunnen horen.
Ritme gevoel hebben.
Goede techniek hebben à goed gebruik van je lichaam , houding, ademhaling, articulatie Reproduceren van muziek à voor/na zingen, van blad zingen, bewust zijn van eigen kunnen, Theoretische kennis à dynamiek,tempo en ook de invloed daarvan op de emotie van een stuk.

“ Een 15 jarige leerling die 3 jaar les heeft moet een ensemble muzikant zijn “

Waarom?
Door samen muziek te maken leert een leerling om te gaan met emoties van andere. Op deze manier leer je verschillen herkennen binnen een groep en daar je leermomentje uit te zoeken.
Een leerling leert om te gaan met andere mensen en hun emoties. De leerling leert plezier beleven aan het samen maken en ontwerpen van muziek. Ze worden bewust van hun eigen kunnen en ontdekken op die manier zonder al teveel sturing talenten bij zichzelf. Het heeft ook een maatschappelijke context.
à bv. Later om kunnen gaan met collega’s, conflicten kunnen oplossen.
Door samen zelfstandig muziek te maken vergroot je ook de veiligheid voor leerlingen. Waarbij je eigen initiatief kunt stimuleren en hier succes mee kan laten ervaren.


Wat moet de leerling daarvoor kunnen?
Experimenteren met verschillende instrumenten en hun samenklank.
Theoretische kennis, ritme, harmonieën, notenschrift.
Bewust zijn van je eigen kunnen en kunnen zien wat andere kunnen en wat je talenten zijn en elkaar hierin kunnen respecteren.
Eén gezamenlijk doel voor ogen hebben. Elkaars talenten benutten om samen tot een goed geheel te komen. Elkaar aan kunnen voelen.
Zelf muziekstukjes kunnen componeren en hierin zorgen voor duidelijke afspraken met elkaar. Een brede stijlkennis hebben om te weten wat ze zelf mooi vinden.




Wordt vervolgd.......